Hoe licht kleurt
Met een blik van nieuwsgierigheid struinen wij – Anja en Christeljohn, beiden Dukenburgers – door de wijken van Nijmegen. We zijn er niet op uit om de mooie paden te bewandelen, maar om ons te verwonderen over wat we op ons pad ontdekken.
Zo lopen we allerlei paadjes en achterommetjes kriskras over het Radboud UMC terrein. De gruwel van een nachtmerrie wordt opgeroepen als we vastlopen op een glazen wand waarachter een trein van bedden staat. Waar ben ik? Is er een uitweg? Gelukkig brengt een vriendelijke werkelijkheid ons terug naar landhuis Heijendaal en een hof van rust bij de afdeling psychiatrie.
Op de plek waar tot 1992 het CWZ stond, is nu een woonwijk. Een bronzen beeld van Theo Schreurs, getiteld ‘Intensieve zorg’, herinnert aan dit verleden.
Doordat historisch besef in kunst en straatnamen tot uitdrukking wordt gebracht, realiseren we ons dat we niet enkel in het heden wandelen. De verbondenheid door de tijden heen ontroert ons. Later als we met de bus over de Sint Annastraat rijden, roepen de tafeltennissende nonnen afgebeeld onder de Bellevueflat, een brede glimlach op. We zijn dan op de terugweg van onze volgende wandeling richting de Panovenlaan en Brakkenstein.
Aan de Panovenlaan betreden we zonder het te beseffen het terrein van een zorginstelling. We slaan linksaf en denken voor een kapel te staan, type jaren 60. Bijbelse figuren in reliëf afgebeeld op de gevel en glas-in-lood ramen in amorfe nissen lokken ons naar binnen. Via een wenteltrap komen we in een galerij en bewonderen het kleurenspel van de ramen.
Weer beneden wacht ons een ander ‘wonder’. Hangt daar echt mos aan de muur? Ja.
Daarna wandelen we door mooi bosgebied, omdat we pas bij het verlaten van het terrein omkijkend een bordje verboden toegang zien. Op de grote dorre vlakte grenzend aan het spoor zien we in gedachten containerwoningen verrijzen of stadsboer Jelle de grond bewerken. Bij Landgoed Brakkesteyn propt een man een weelderige tulen trouwjurk in de kofferbak van een auto. De jurk werkt niet echt mee. Een protest tegen vergane glorie?
De stoeptegels in de Pastoor van Blitterwijckstraat met daarop Prins Ge 2, Jan 1, John 1 en Maarten 1 zijn een teken van gestolde glorie. Het is wachten op de prinsessen.
De stoep heeft ons nog meer te bieden. Voeg de reflectie van zon in een rood achterlicht en de broek van Christeljohn bijeen en je krijgt een prachtig schouwspel.
Anja heeft last van haar achillespees, rechterknie en soms schiet het in haar heup. Het is warm en bijna windstil. We rusten daarom geregeld en krijgen de kans om te genieten van het spel van licht in bladeren dwarrelend op de enige windvlaag. Er passeert ons een bosrenpieper.
Een wandelaar blijkt
computergestuurd
Piep piep en zoef, weg is hij.
Tekst: Anja Strik en Christeljohn Roothans
Foto’s: Anja Strik